Voorzijde van het boek
Nu het schrijfproces bijna is afgerond, kan ik gaan nadenken over het uiterlijk van het boek. De eerste beslissing was de keuze voor de foto op de cover.
Ik had er vijf tot mijn beschikking om uit te kiezen. De uiteindelijke omslagfoto staat voor mij symbool voor de mysteries rondom het leven van mijn overgrootmoeder Ciel dat zich grotendeels afspeelde in het oude Indië.
Zeven jaar geleden zag ik de foto voor het eerst. Mijn tante had deze sinds het overlijden van mijn grootouders bewaard. Ik was meteen onder de indruk en kon precies vertellen waarom deze was gemaakt. Ik herkende de achtergrond uit duizenden. De opname was gemaakt voor een pendafteran (Japans identiteitsbewijs) wat onder andere de Indo-Europeanen buiten de kampen dienden te hebben. Samen met de portretten van mijn overgrootvader en grootmoeder liet ik deze uitvergroten en inlijsten. Sindsdien hebben zij een plaats in mijn huis gekregen.

De drie portretten werden gemaakt bij Tjen Kwang in Soerabaja. Opnieuw een mysterie in het leven van Ciel. Deze werden gemaakt in een tijd waarin het verboden was om te reizen tussen steden en dat terwijl zij in Malang woonde. Mijn eerste vraag was: “Wat deden zij op dat moment in Soerabaja?” Zonder goede reden kreeg je geen reisbewijs van Dai Nippon (de Japanse overheersers).
Eens toonde ik het beeld en vertelde daarbij het verhaal erachter. De eerste reactie was: “Ach kassian, de onmacht is te zien in haar ogen.” Toen zag ik dat ook. De drie foto’s zijn anders, waarbij die van Ciel nog het meest afwijkt. Zij keek van de camera weg. Was dit het gevolg van verdriet, stress of wilde zij niet in de ogen van Nippon kijken?
Wat mij nog meer opvalt is dat zij zich netjes bleef kleden en opmaken, voor zover dat in deze tijd nog ging. Onder normale omstandigheden was er geen kreukeltje te bespeuren in haar kleding, maar dat was iets waar zij mee kon leven. Toch bleef zij haar Europese afkomst trouw. Dit was vooral terug te zien in het uiterlijk vertoon.
Deze foto is voor mij meer dan een opname. Het is een teken van hoop en nooit opgeven. Eens hoorde ik dat ik het “Ciel-dna” bezat en ergens maakte het mij trots. Het is iets waar ik alleen maar van kan dromen.