
Soldatenmoeder
Het beschrijven van het leven van mijn overgrootmoeder Ciel is een proces vol verrassingen. Regelmatig stuit ik op iets onverwachts, zoals een soldatenmoeder zijn van vijf jongens.
Tussen oude foto’s van Ciel vond ik er een van haar, haar dochter en twee soldaten. Toen ik deze voor het eerst zag, was het voor mij niet meer dan een foto. “Oké, zij ging eens op de foto met twee soldaten” dacht ik. Het was niet specialer dan haar andere foto’s. Pas aan het begin van dit jaar las ik dat het meer was dan slechts een fotomoment. Ciel betekende iets voor deze jongens.
Bij het schrijven van mijn boek kwam ik aan bij de bersiap-periode. Met haar dochter woonde Ciel in Soerabaja. Daar leerde zij de vijf jonge oorlogsvrijwilligers kennen. Haar dochter kreeg een relatie met een van hen. Hij was aangesloten bij bataljon 2.10 Regiment Infanterie.
Om hem en zijn bataljon wat beter te kunnen beschrijven onderzocht ik deze troepen. In een archief vond ik een fotoalbum van een van hen. Daarin zag ik foto’s van Ciel met hen. Bij het album hoorde ook de correspondentie van deze soldaat. Daarin las ik dat hij meer dan eens bij haar op de thee kwam en haar Kerstcadeaus gaf. Hij noemde haar “mams”.
Voor deze soldaat, haar latere schoonzoon en hun vrienden nam Ciel op een natuurlijke manier een moederrol op zich. Zij gaf hen emotionele steun in een tijd waarin het je dood kon betekenen als je omging met Hollandse soldaten. Zij zorgde en kookte voor hen en bood hen een thuisgevoel in een vreemd land. Voor hen werd haar huis een veilige haven te midden van de onrust. Ciel was niet de enige soldatenmoeder in Indië. Toch was het bijzonder hoe een vrouw in haar eentje voor deze vijf jongens zorgde. Het laat mij zien hoe moederschap in vele vormen kan bestaan. Het geeft mij nog meer motivatie om haar verhaal met zorg en respect te vertellen.
Wat Ciel dreef om deze jongens te verzorgen, ondanks de gevaren en onzekerheden die zij zelf moest doorstaan, maakt mij nieuwsgierig. Hoe ga je om met het leed wat zij meemaakten? Hoe zeg je hen gedag wanneer je in je achterhoofd weet dat het de laatste keer kan zijn? Maar vooral, hoe ga je om met het nieuws dat een 24-jarige jongen is gesneuveld?